zomerakkoord.jpg

januari 2018

Het zomerakkoord heeft de winter gehaald

De maatregelen die in de zomer door de regering werden overeengekomen, worden naar goede gewoonte op 1 januari van kracht. Wat verandert er concreet?

Spaarrekeningen

De vrijstelling van interesten op gereglementeerde spaardeposito’s wordt verlaagd van 1.880 naar 940 euro per persoon per jaar. Dat bedrag is op basis van de indexeringscoëfficiënt van het aanslagjaar 2018. De indexeringscoëfficiënt van aanslagjaar 2019 (inkomsten van 2018) wordt deze maand nog gepubliceerd. Waarschijnlijk wordt het vrijgestelde bedrag nog aangepast naar 960 euro.

Dividenden op aandelen

De eerste schijf van 627 euro per jaar is vrijgesteld van roerende voorheffing. Ook op dit bedrag is op basis van de indexeringscoëfficiënt van het aanslagjaar 2018 en kan dus nog wijzigen.

Beurstaks

Voor het kopen en verkopen van aandelen betaalt u voortaan 0,35% beurstaks in plaats van 0,27%. Koopt of verkoopt u obligaties, dan bedraagt de beurstaks 0,12% in plaats van 0,09%.

Daarnaast is er een nieuwe definitie bepaald voor fondsen, die ervoor moet zorgen dat alle EU-fondsen m.b.t. de beurstaks op gelijke voet behandeld worden.

Pensioensparen

Het huidige systeem van pensioensparen blijft: tot 940 euro kan u nog steeds genieten van 30% belastingvoordeel. Daarnaast komt er een tweede systeem: wie meer spaart dan 940 euro, geniet van een belastingvoordeel van 25% (tot een bedrag van 1.200 euro). Hou er wel rekening mee dat dat tweede systeem enkel een hoger fiscaal voordeel oplevert dan het eerste systeem is als u meer dan 1.128 euro stort.

Kapitalisatiefondsen

De drempel van investeringen in schuldvorderingen wordt verlaagd van 25% naar 10%. Dat houdt in dat de roerende voorheffing daarom verschuldigd is op het deel van inkomsten uit vorderingen in fondsen die voor meer dan 10% in schuldvorderingen beleggen.

Gemeenschappelijke beleggingsfondsen of dakfondsen

De fiscaliteit van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en de zogenaamde dakfondsen (fondsen die voor rekening van beleggers in een bepaalde beleggingscategorie beleggen in collectieve beleggingsinstellingen of ICB’s) wordt afgestemd op die van andere fondsen. Dat betekent dat deze fondsen vanaf dit jaar ook onderworpen zullen worden aan roerende voorheffing.

Twee maatregelen overwinteren

Over een aantal maatregelen is de regering het nog niet eens geraakt: de effectentaks en het onbelast bijverdienen. De debatten daarover worden dit jaar opnieuw geopend.